Pagina's

maandag 29 augustus 2011

? SMALLE of BREDE gouldamadines ??
Gouldkwekers en hun voorkeuren



Kleur, en voorkeur van kwekers
Bij ons in de streek geldt het spreekwoord “Over smaken en kleuren, kan men niet discussieuren”.
En inderdaad, de ene houdt van bleek grasgroen, de andere van diep dennegroen. Of men houdt het maar bij koppen in ketchup-rood, of men streeft naar sprankelend robijnrood. Een volgende is al blij met mat getint paars op de borst van de gouldman, terwijl de andere alleen briljant iriserend hoogpaars in zijn kooien wil zien.
Dus jawel, elk heeft -telkens binnen de eigen mogelijkheden- vast en zeker zijn eigen voorkeur waar het kleurtjes van gouldamadines betreft. Dat lijdt geen twijfel, elk debat is overbodig.


Formaat/volume, en voorkeur van kwekers
Hetgeen waar men nog minder hoeft over te debatteren, is de keuze van ofwel kleine of grote gouldamadines.
Wanneer mensen voor zichzelf gouldamadines gaan aanschaffen, willen 999 op 1000 mensen steeds de allergrootste formaatvogels mee naar huis kunnen nemen. Geen enkele twijfel.
                                                        (citaat I.W.J.)

Alles in het leven is relatief. Maar het ene toch net wat minder relatief dan het andere.
Groot en klein is een realiteit. Fors en smal is dat ook. Zeker onder gouldamadines. Er zijn de potloodjes, en de sigaren. Daarnaast zijn er ook de andere, met name de forse gouldamadines, waar niet naast te kijken valt. En het mag dan een boutade zijn, maar de ervaring leert dat 999 kwekers op 1000 onveranderlijk de meest forse gouldamadines mee naar huis willen nemen. Niemand wil de smalle sigaartjes, niemand wil onderdeurtjes. Bij aanschaf wordt steeds het meest volle formaat gekozen. Dat is de vaststelling gedurende meer dan 33 jaar.

Keurders en hun voorkeur
Wat sommige kritieken op keurders er ook van maken, keurders zijn ook mensen. En behoren dus bij vaststelling tot de 999 op 1000. Bovendien vraagt de gouldstandaard een vol type met een waardig- trotse houding en présence. Voor elke tentoonsteller is derhalve duidelijk welk type gouldamadines er voor kampioenstitels op de keurtafel blijven staan. Dat zijn nooit de schichtige potloodjes, wel de volle formaatvogels. Telkens de kleppers in de kooien van de concurrenten op de TT aanwezig zijn, is het voor de potloodjes en de sigaartjes altijd balen. En steeds einde verhaal.